Conservatief factchecken, het slechtste Nederlands elftal in 30 jaar en de grafiek van Henk Krol

Conservatief factchecken, het slechtste Nederlands elftal in 30 jaar en de grafiek van Henk Krol

25 oktober 2017 1 Door Riffy Bol

Iedere week verzamelt Factory het belangrijkste nieuws over factchecking en nepnieuws. Met deze week: het Nederlands elftal, nepnieuwslabel van Facebook en vampierenjagers.

Facebooks nepnieuwslabel lijkt te werken

Om nepnieuws te bestrijden, werkt Facebook sinds kort met een label dat de beweringen in een gecheckt artikel dat op het platform verschijnt in twijfel trekt. Als minimaal twee factcheckplatformen – waar Facebook sinds afgelopen december mee samenwerkt – het artikel debunken, komt het label erbij te staan.

Dat sorteert effect, als we een e-mail van Facebooks nieuwspartnermanager mogen geloven. BuzzFeed legde de hand op de communicatie van deze manager, Jason White, die stelt dat de verspreiding van nepnieuws door het label met 80 procent wordt verminderd. Een belangrijke keerzijde: gewoonlijk wordt een artikel pas na drie dagen geflagd.

Hierbij is het ook goed om op te merken dat Facebook én de factcheckers waarmee het samenwerkt, belang hebben bij een hoog percentage. The Guardian schreef in mei juist nog dat sommige nepnieuwsschrijvers méér verkeer naar hun artikelen zien zodra het fake-label wordt toegevoegd. En vorige maand schreef Politico over een onderzoek van de universiteit van Yale, waaruit zou blijken dat het label nauwelijks doel treft bij nepnieuwslezers.

De conservatieve factcheckers komen eraan

Om de doelgroep die vatbaar is voor nepnieuws beter te bereiken, opperde Facebook een interessant plan. Het conservatieve publiek, maar ook de extreemrechtse site Breitbart, beschuldigt Zuckerbergs sociale medium ervan dat het alleen links-progressieve factcheckers als Snopes en PolitiFact aan zich heeft gebonden. Daarom komt Facebook nu op de proppen met het conservatieve Amerikaanse tijdschrift Weekly Standard, schrijft Quartz.

Voordat het zover is, moet de Weekly Standaard voldoen aan de factcheckprincipes van het Poynter-instituut. Volgens Quartz duren aanmelding en goedkeuring enkele weken. Meerdere conservatieve publicaties hebben zich aangemeld bij Poynter, stelt factcheckdirecteur Alexios Mantzarli tegen Quartz.

Een ingewijde noemt het ‘tevredenstellen van alle zijden’ als reden om ook conservatieve factcheckers op Facebook te krijgen. ‘Er zijn legitieme publicaties die vanuit een conservatief oogpunt schrijven’, voegt deze toe. De Weekly Standard is kritisch over president Donald Trump en zocht in september naar een nieuwe factchecker.

wall street

Foto: Pixabay

Het verdienmodel van Wall Street staat verbetering in de weg

Gebruikers, politici en ook sociale media zelf: allemaal willen ze van het fake news af dat hun dagelijkse portie computer- en smartphonegebruik teistert. De enige partij die dat niet zo erg lijkt te vinden, vormen de investeerders, als we Quartz mogen geloven.

Journalist Michael Coren stelt dat ceo’s en geldschieters de waarde van een bedrijf vaststellen op basis van gebruikersstatistieken. Hoe meer gebruikers en hoe meer activiteit, hoe hoger de aandelenkoersen op de beurs. Of daar ook nepaccounts en onzinverspreiders tussen zitten, is van secundair belang voor hen. De leegheid van de kale statistieken waar investeerders van Wall Street en elders zo aan hechten is pijnlijk – helemaal als je in acht neemt dat naar schatting 11 procent van de Facebookaccounts en 9 tot 15 procent van alle twitteraars nep is.

 

In Nederland valt de hoeveelheid onzin nog steeds mee

In maart rapporteerde Nieuwscheckers, de factcheckafdeling van de Universiteit Leiden, dat het erg meeviel met Nederlands nepnieuws. Een halfjaar later is er weinig veranderd, schrijft Villamedia. Universitair docent Peter Burger zegt dat fake news op Facebook nauwelijks wordt gesignaleerd door Nederlanders; de bullshit komt vooral op Twitter voorbij, met name over politiek.

Burger ziet drie soorten nepnieuws voorbijkomen op Facebook, zegt hij tegen Villamedia: ‘Puur commerciële clickbait, alternatief gezondheidsnieuws en artikelen over complotten.’ Daarvoor geeft hij drie verklaringen: het politieke debat is in Nederland niet zo gepolariseerd als in bijvoorbeeld de VS of het Verenigd Koninkrijk, het vertrouwen in nieuwsmedia ligt hier relatief hoog en ‘storende partijen’ als Rusland hebben nauwelijks strategisch belang bij nepnieuwsverspreiding in Nederland.

War_of_the_Worlds_shoot

De Franse editie van het boek War of the Worlds van H.G. Wells (1906). Illustratie: Alvim Corréa/Wikimedia Commons

Fake news heeft echte gevolgen in de echte wereld

De oervader van het nepnieuws is zonder veel twijfel Orson Welles. Zijn hoorspel War of the Worlds uit 1938, waarin een buitenaardse invasie werd gesimuleerd, bracht grote chaos teweeg in de Verenigde Staten. Zeventien jaar later zei de invloedrijke filmmaker in een interview met de BBC: ‘We waren de manier beu waarop alles wat binnenkwam via deze nieuwe magische doos, de radio, werd geslikt… op een bepaalde manier was onze uitzending een aanval op de geloofwaardigheid van dat apparaat.’

De Columbia Journalism Review, het tijdschrift van de prestigieuze Columbia Journalism School in New York, maakte een overzicht van nepnieuws dat verregaande gevolgen had in de ‘echte’ wereld. Van de mensen die ontkennen dat er in 2012 een schietpartij plaatsvond op de basisschool Sandy Hook en vermeende stembusfraude in Ohio tijdens de recente presidentsverkiezingen, tot een niet-bestaand doodseskader van Hillary Clinton en het Pizzagate-incident.

In Malawi jagen mensen op ‘vampiers’

Stukken drastischer is de uitwerking van onzinverhalen in het Afrikaanse land Malawi. Laatst meldde de Volkskrant dat al zeker vijf Malawiërs zijn vermoord omdat zij werden aangezien voor vampiers. Onderzoeker Erwin van der Meer stelt in de krant dat dit tientallen keren per jaar gebeurt uit angst voor magie in het arme land in Oost-Afrika.

Van der Meer denkt dat het gebeurt om een zondebok aan te wijzen voor de slechte omstandigheden in Malawi, tekent de Volkskrant op: ‘’Zodra er schaarste is, zie je dat de angst voor hekserij een vlucht neemt.’

De beginnende bestrijding van WhatsApp-hoaxes

Zoals ik al eerder schreef, is het evident dat nepnieuws op WhatsApp veel moeilijker te bestrijden is dan op bijvoorbeeld Facebook. Door de gesloten, decentrale structuur van de chatapp kan nepnieuws welig tieren, zonder dat de buitenwereld er weet van heeft.

Het verificatieprogramma Check komt met een voorzichtige oplossing, aldus Poynter. Daarmee kunnen factcheckers een claim – gedaan in WhatsApp – die ze willen controllen middels een browserextensie meteen in een workflow stoppen. De technologie is gebaseerd op bestaand onderzoek van de universiteit van Hong Kong, waar een team nepnieuws probeert te bestrijden dat circuleert op de Chinese equivalent van WhatsApp – WeChat.

Check is vooralsnog alleen nog beschikbaar voor de desktopversie van WhatsApp.

7302042190_7b13b7a00e_k

Henk Krol, fractieleider van 50PLUS. Foto: Sebastiaan ter Burg/Flickr

Henk Krol en zijn koopkrachtcijfers krijgen ervan langs

Je zou het niet verwachten, maar de stelligste nepnieuwsboodschapper uit de Nederlandse politiek is misschien wel Henk Krol. De fractieleider van ouderenpartij 50PLUS werd laatst nog op de hak genomen door Zondag met Lubach, waarin hij driftig met een papier vol tabellen en grafieken zwaait voor de camera van verschillende media.

RTL-presentator Peter Zadelhoff maakte er een tv-item over. Daarin zegt Krol, weer woedend en met een geplastificeerd voorbeeld bij de hand, dat het verschil in koopkracht tussen ouderen en werkenden aan het eind van kabinet-Rutte III zal zijn opgelopen tot 40 procent.

Volgens Zadelhoff vergelijkt Krol echter twee dingen die niet meer elkaar te vergelijken zijn. Hij legt uit dat de koopkracht van een werkende gedurende zijn/haar hele leven toeneemt: bijvoorbeeld door promotie, meer ervaring of een zwaardere baan. Als je AOW en aanvullend pensioen krijgt, blijft je koopkracht eerder gelijk. Logisch, want je ontvangt geen (oplopend) salaris meer.

De kunst van het pensioen is om de koopkracht gelijk te houden. Ofwel: je pensioen stijgt mee met de prijsniveaus. Zoals Zadelhoff zegt: ‘Je wordt niet armer, maar ook niet rijker.’

Factcheckers zoeken beter dan historici op internet

Amerikaanse universiteiten als Harvard, Yale en Stanford zijn goed bezig met hun wetenschappelijke onderzoeken naar nepnieuws. Die laatste onderwijsinstelling uit Californië schreef onlangs een rapport, waarin het factcheckers met historici vergeleek als het aankomt op informatie verifiëren op internet.

Onderzoekers Sam Wineburg en Sarah McGrew namen een steekproef van 45 personen. Tien professionele factcheckers, tien gepromoveerde historici en 25 bacherlorstudenten. Het duo keek hoe zij de informatie op websites beoordeelden en deze doorzochten op sociale en politieke onderwerpen.

Wat bleek? De historici en de studenten trapten vaak in eenvoudige manipulaties van websites, zoals officieel-lijkende logo’s en domeinnamen. De twee groepen lazen de websites verticaal en onderzochten de informatie op betrouwbaarheid binnen diezelfde website. De factcheckers daarentegen scanden de webpagina’s van links naar rechts en zochten al snel op andere websites naar de validiteit van de informatie op het eerste adres.

Google blundert met nepnieuws over factchecksites

Nepnieuws op een factchecksite: dat klinkt als een normale zaak, want die onzin moeten factcheckers immers ontkrachten. Maar in de vorm van een nepnieuwsadvertentie ziet alles er meteen flink dubieuzer uit. PolitiFact en Snopes werden het slachtoffer van de advertentie-algoritmes van Google, zag The New York Times.

De bullshit-banners deden zich voor als humaninteresttijdschriften als People en Vogue, schrijft de New Yorkse krant. Google noemt dit ‘tabloid cloaking’. Vorig jaar verwijderde het naar eigen zeggen ruim 1.300 advertentieaccounts die de vorm en inhoud van roddelbladen kopieerden voor nepadvertenties.

Googles advertentieprogramma bestaat uit twee delen: AdWords (voor uitgevers die op websites adverteren) en AdSense (voor media die zelf reclame aan hun site toevoegen). Van die laatste tool heeft Google naar verluidt 340 websites en 200 uitgevers geschopt vanwege desinformatie. Google-woordvoerder Chi Hea Cho zegt tegen The New York Times dat het bedrijf de gedupeerde factcheckers intussen middelen heeft gegeven om bepaalde typen reclame en adverteerders van hun platform te weren.

Robben_van_Persie

Arjen Robben (links) en Robin van Persie in 2009. Beide voetballers hebben waarschijnlijk hun laatste wedstrijden voor het Nederlands elftal achter de rug. Foto: Tsumotu Takasu/Wikimedia Commons

Is het Nederlands elftal echt zo slecht? Dit zeggen de cijfers

Eerst het EK van 2016 missen. En dan ook de pijnlijke bevestiging dat Oranje het WK in 2018 in Rusland niet gaat meemaken. Emotioneel gezien is het niet gek dat voetbalanalist Hans Kraay jr. dit Nederlands elftal het slechtste in 30 jaar noemde.

NRC onderzocht zijn claim op waarheid. Nu blijkt dat Kraays bewering hout snijdt. Sinds 1987 miste Oranje niet eerder twee eindtoernooien. Het elftal viel in die periode nooit buiten de top-30 van beste voetballanden. ‘We’ schreven de meeste verliespunten in drie decennia op onze naam en in die tijd speelde nog nooit zo weinig Nederlandse internationals voor buitenlandse topclubs.