De automatische factcheckchecker, hoe autoritaire leiders Trumps ‘fake news’-uitspraak gebruiken en de verificatie van een stukje Berlijnse Muur

De automatische factcheckchecker, hoe autoritaire leiders Trumps ‘fake news’-uitspraak gebruiken en de verificatie van een stukje Berlijnse Muur

12 december 2017 0 Door Riffy Bol

Iedere week verzamelt Factory het belangrijkste nieuws over factchecking en nepnieuws. Met deze week: cyberhuzaren, clickbait in het museum en claimbuster.

Polen richt leger van ‘cyberhuzaren’ op om nepnieuws te bevechten

Het Poolse ministerie van Buitenlandse Zaken trekt 60.000 euro uit voor een online-eenheid die nepnieuws gaat bestrijden, schrijft de Volkskrant. Mensen uit de Poolse diaspora kunnen smaad of laster jegens Polen doorgeven via de speciaal gemaakte app ‘Knight’. De zogeheten ‘Liga tegen Laster’ zal de Polen die ‘cyberhuzaar’ willen worden, gaan screenen.

In gesprek met de Poolse zender Radio 24 zegt Liga-voorzitter Mira Odyska op een netwerk van enkele miljoenen Polen in het buitenland te hopen die valse informatie doorgeven. Als recent voorbeeld noemt hij een item van de Duitse omroep ZDF, die sprak van ‘Poolse concentratiekampen’. Dit vindt Odyska misleidend, omdat de kampen weliswaar op Pools grondgebied stonden, maar door de Duitse nazi’s werden beheerd.

Politieke advertenties op Facebook misbruikt voor financiële fraude

De kans is groot dat je als Amerikaanse Facebook-gebruiker benieuwd bent naar meer informatie, als je een bericht voorbij ziet komen over Donald Trumps nieuwste goedkeuringscijfers. De internetters die er inderdaad op klikten, zagen hun scherm ‘bevriezen’ en werden gesommeerd om een telefoonnummer te bellen als zij hun bankgegevens veilig wilden stellen.

20171204-facebook-ad-scams-tech-support

Screenshot van een ‘scam’ die ProPublica via een Facebook-advertentie ontdekte. Beeld: Jeff Larson, Julia Angwin/ProPublica

Dit was slechts één voorbeeld van de scams die de onderzoeksjournalisten van ProPublica sinds september op Facebook tegenkomen. Oplichters buiten de toenemende polarisatie in de VS na de verkiezing van Trump maximaal uit om Facebookers te misleiden. Met behulp van een tool waarmee lezers misleidende advertenties door kunnen geven, heeft ProPublica al 8.000 van zulke Facebook-advertenties op het spoor.

Advertenties met prikkelende koppen over Ivanka Trump en Barack Obama – maar die zo weinig prijsgeven dat je wel móét doorklikken – leidden voor een keur aan gebruikers tot de installatie van malware op hun computer of smartphone, aldus ProPublica. Het goede nieuws is dat Facebook reageert op de journalistiek: van de 14 valse reclames die ProPublica doorgaf, verwijderde het sociale medium ze stuk voor stuk.

Is jouw stukje Berlijnse Muur écht een stukje geschiedenis?

Ben je in Berlijn, dan breng je vanzelfsprekend een bezoek aan de Berlijnse Muur. Het is hét symbool voor het einde van de Koude Oorlog, het prevaleren van kapitalisme boven communisme, het ‘einde van de geschiedenis’, zoals politicoloog Francis Fukuyama het zo memorabel verwoordde.

Het perfecte souvenir om bij de Muur te kopen, is een klein brokstukje beton dat door menig verkoper wordt aangeprezen als afkomstig van het bouwwerk dat van 1961 tot 1989 de Duitse hoofdstad in tweeën splitste. Ook toen ikzelf voor het eerst in Berlijn was, kocht ik zo’n fragmentje.

cof

Mijn eigen (vermoedelijke) stukje Berlijnse Muur. Foto: Riffy Bol

Net als Volkskrant-wetenschapsredacteur Maarten Keulemans, die het zaakje niet vertrouwde. Daarom ging hij langs bij de TU Delft, waar hij betonexpert Oguzhan Copuroglu en materiaaldeskundige Joris Dik zijn stukje Muur liet controleren. Het duo zaagde 30 micrometer van Keulemans’ fragment af, om met een microscoop lichtonderzoek te kunnen doen.

De Delftse wetenschappers keken naar hoelang het beton heeft gereageerd op de CO2 in de lucht. Daaruit blijkt het brokstuk oud genoeg te zijn om uit de Berlijnse Muur te komen. Maar, zegt een van de studenten die aan het onderzoekje meewerkten: ‘Laten we wel wezen, de hele DDR was een grote betonnen kolos.’ Het komt dus in ieder geval van een Berlijnse Muur in de tijd van de Berlijnse Muur.

Hoe Correctiv de Netzwerkdurchsetzungsgesetz handhaaft op Facebook

Sinds 1 oktober heeft het factcheckteam Echt Jetzt van de Duitse website Correctiv aan autoriteit gewonnen. Toen voerde Duitsland namelijk de ‘Netzwerkdurchsetzungsgesetz’ (Netwerkhandhavingswet) goed, waardoor sociale media een boete van 50.000 euro riskeren als zij niet snel de verspreiding van haatzaaien en nepnieuws tegengaan.

Voor de Belgische site MO.be was het reden om een bezoek te brengen aan de vier factcheckers van Correctiv. Coördinator Jutta Kramm ontvangt elke dag een e-mail van Facebook, met daarin de onzinberichten die de Duitsers die dag mogen gaan controleren. Volgens MO.be richtte het Duitse nepnieuws zich na de verkiezingen in september met name op de Russische minderheid in het land.

Correctiv krijgt naar eigen zeggen geen geld van Facebook om te factchecken, noteert MO.be. Dat neemt niet weg dat het viertal factcheckers hard zijn best doet om zo veel mogelijk nonsens uit de weg te ruimen op Facebook. Met de labels die Correctiv na een factcheck aan een artikel mag hangen, heeft het platform bovendien invloed op de nieuwsfeed van miljoenen Facebookers. ‘With great power comes great responsibility’, zei de alwetende verteller van Spider-Man ooit (en dus niet Spider-Man zelf of diens oom).

Hoe nepnieuws de Duitse verkiezingen beïnvloedde: het eindoordeel

De Duitse verkiezingen hebben aanzienlijk minder last gehad van misleidende berichten dan de Amerikaanse presidentsverkiezing of het Brexit-referendum. Maar pogingen tot beïnvloeding van de publieke opinie waren er wel degelijk, concluderen toonaangevende media-onderzoekers als Anne Applebaum en Peter Pomerantsev in de studie ‘Make Germany Great Again’ voor de denktank Institute for Strategic Dialogue en de London School of Economics.

De onderzoekers keken naar drie elementen waar nepnieuws voorkwam: de nationalistische, rechtse beweging in Duitsland, diens linkse tegenhanger en de Russisch-Duitse gemeenschap.

1088px-sputnik_logo-svg

Het logo van het Russische staatsmedium Sputnik. Beeld: Sputnik/Wikimedia Commons

Bij het onderzoek naar ‘rechts’ bleek de Duitstalige variant van de Russische zender Sputnik een sterke voorkeur uit te spreken voor de rechtspopulistische partij AfD. Zulke verhalen werden verspreid door Twitter-accounts die automatische of zelfs bot-kenmerken vertoonden, schrijven Applebaum en co. De hashtag #MGGA (‘Make Germany Great Again’ werd bijna 3.000 keer gebruikt aanloop naar de verkiezingen.

Wat betreft het onderzoek naar ‘links’: er blijkt een grote overlap te bestaan tussen extreemlinks en -rechts in Duitsland als het aankomt op standpunten over Oekraïne, de NAVO en het politieke establishment. Russische staatsmedia als RT en Sputnik spelen hier op in.

Tot slot de Russisch-Duitse gemeenschap. Via het populaire Russische platform Odnoklassiki – vergelijkbaar met Facebook – kreeg deze groep gekleurde boodschappen te zien over ‘een sterk Rusland en een zwak Europa’, aldus Applebaum, Pomerantsev en hun collega’s. Russische zenders hanteerde bijvoorbeeld geladen termen als ‘crisis in de Europese Unie’, ‘westers complot tegen Rusland’ en ‘decadente westerse waarden’. Uit stemdata blijkt bovendien dat een flink deel van de stemmen in gebieden waar veel Russische Duitsers wonen, naar het AfD ging.

De BBC gaat mediawijsheid aanleren op middelbare scholen

4206577_3d0bee71

Het redactiegebouw van de BBC in Londen. Foto: Christine Matthews/CC BY-SA 2.0

Vanaf maart 2018 gaan enkele journalisten van de Britse omroep BBC lesgeven in mediawijsheid aan zo’n duizend middelbare scholen. De omroep zet daarmee een stap verder, nadat de universiteit van Salford met de lesmethode ‘BBC Newsround’ testte hoe goed kinderen tussen de 9 en 14 jaar desinformatie kunnen herkennen.

De BBC stelt dat vrijwel alle kinderen weten wat nepnieuws is, maar dat slechts een deel daadwerkelijk fake news kan herkennen. Dat strookt met een enquête van mediawaakhond Ofcom: daaruit bleek dat driekwart van de Britse kinderen tussen 12 en 15 op de hoogte is van het bestaan van nepnieuws, en dat de helft zegt het weleens te hebben gelezen.

Of de lessen van de BBC hun vruchten zullen afwerpen, is nog maar de vraag. Onderzoek van de Radboud Universiteit in Nijmegen liet zien dat kinderen die les hebben gekregen in mediawijsheid, nepnieuws niet beter detecteren dan leeftijdsgenoten die die voorlichting niet hebben genoten, schrijft NRC Handelsblad.

Filterbubbels en clickbait in het museum? Beeld en Geluid heeft het

14943635969_2b655c7dac_k.jpg

Het Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum. Foto: Hay Kranen/Flickr/CC BY 2.0

Alle heisa rondom nepnieuws heeft ook de culturele en kunstzinnige wereld bereikt. Het Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum heeft een heuse tentoonstelling gewijd aan filterbubbels, clickbait en fake news, genaamd ‘Nieuws of Nonsens’. De expositie wordt geleid door journalisten Eva Cleven (Het Klokhuis) en Lex Uiting (ex-Rambam).

Het museumproject laat je niet alleen passief nepnieuws ondergaan, maar je kunt het ook zelf maken, laat de website van Beeld en Geluid weten. Op 12 en 26 januari geeft mediahistoricus Bas Agterberg een rondleiding, waarop hij nepnieuwsfragmenten uit het Hilversumse archief tevoorschijn haalt. En op 21 januari verzorgt Jochem van den Berg, oprichter van de satire nieuwssite De Speld, een lezing over het thema.

Claimbuster: een factcheckchecker die draait op machine learning

Vooralsnog is factchecken voorbehouden aan personen van vlees en bloed. Dat kan in de toekomst zomaar anders zijn. Onderzoekers van de University of Texas, Arlington bouwden sinds december 2014 aan Claimbuster, software die gebruik maakt van machine learning en het bevragen van databases om de haalbaarheid van een factcheck te meten.

In een begeleidend paper schrijft de groep Texaanse wetenschappers dat Claimbuster interviews, speeches of debatten live kan volgen, daaruit claims kan filteren en deze kan crosschecken op eventuele bestaande factchecks in een database. Samenvattend: Claimbuster kan zelf niet factchecken, maar controleert of een bepaalde uitspraak gefactcheckt kan worden, en of dit al eens gedaan is.

Claimbuster is getest tijdens debatten in aanloop naar de Amerikaanse verkiezingen vorig jaar. De gesproken teksten werden door een decoder omgezet in tekst. Claimbuster hing daar vervolgens een score van ‘factcheckbaarheid’ aan. Dat lukte aardig, liet een analyse na afloop zien: factcheckers van onder meer CNN, PolitiFact en Factchecking.org gebruikten voor een groot deel dezelfde claims die Amerikaanse politici deden.

Wat voor beweringen Claimbuster zoal uit al het voorbijkomende nieuws filtert, kun je zien op het automatische Twitter-account van de software uit Texas.

NRC factcheckt eigen factcheck – en komt tot een andere conclusie

Econoom Thomas Sowell schreef zes jaar geleden dat er ‘in Noord-Afrika meer Europese slaven werden gehouden dan dat er Afrikaanse slaven werden verscheept naar (nu) de Verenigde Staten’. In de zomer van 2016 checkte NRC die bewering – en kwam tot het oordeel ‘waar’. Sowell beargumenteerde dat het leeuwendeel van de Afrikaanse slaven in Zuid-Amerika en het Caraïbisch gebied terechtkwam; enkele honderdduizenden belandden in de VS.

Daartegenover zet de krant cijfers van historicus Robert Davis, die op ongeveer één miljoen witte slaven in Afrika kwam na extrapolatie van cijfers uit Algerije. Vorige week kwam NRC terug op het oordeel ‘waar’: na kritiek van enkele lezers besloot het dagblad ook het nageslacht van de slaven in Amerika mee te rekenen. Daarbij vallen de Europese slaafgemaakten in het niet.

Kijk ook eens naar de rol van mainstream-media, aldus de Columbia Journalism Review

Nepnieuws en desinformatie zijn ‘echte problemen die serieuze aandacht verdienen’ en hebben geleid tot ‘diepgewortelde problemen’ als het gaat om bijvoorbeeld ‘toegenomen polarisatie en het afbrokkelen van steun voor traditionele bronnen van autoriteit’. Dit erkent de Columbia Journalism – uiteraard.

De problemen zijn volgens het journalistenblad dat de aandacht voor fake news vanuit mainstream-media en techbedrijven ‘disproportioneel is vergeleken met de vermoedelijke invloed op de verkiezingsuitslag’ en dat het ‘de aandacht afleidt van de toerekeningsvatbaarheid van de mainstream-media zelf’.

Let alleen al op de cijfers, schrijft de CJR: Russische advertenties op Facebook sleepten 100.000 dollar aan inkomsten voor Facebook binnen – op een totaal van 96 miljoen dollar omzet per dag. Of wat te denken van de 20 meest gedeelde fake news-artikelen, die meer mensen bereikten dan de 20 populairste échte stukken (waar BuzzFeed over schreef)? De nepverhalen werd 8,7 miljoen keer gedeeld, op een totaal van 1,5 miljard maandelijks actieve gebruikers.

Nederlandse media citeerden zeker 30 Russische trolls

Nederlandse media citeerden minstens 30 accounts die met grote waarschijnlijkheid worden beheerd door Russische trolls, toont onderzoek van NRC aan. Powned en GeenStijl voeren de lijst aan, met respectievelijk 7 en 6 citaten. Dan volgen de websites van de Volkskrant, de Dagelijkse Standaard, het Algemeen Dagblad, The Post Online, RTL Nieuws, de Telegraaf, Joop en – jawel – NRC (één keer).

Het nepaccount @TEN_GOP, zogenaamd het ‘onofficiële’ Twitter-account van de Republikeinse Partij in de Amerikaanse staat Tennessee, vond veruit het meest zijn weg naar de Nederlandse pers: tien keer, aldus NRC.

NU.nl en NOS.nl zijn er niet ingetrapt, aldus het onderzoek. De krant baseerde zich op een lijst met 2.752 Russische Twittertrolls die tussen september en november 2016 actief waren. Deze is openbaar gemaakt na de hoorzittingen van socialemediabedrijven in het Amerikaanse Congres. Uit een soortgelijke analyse van The Guardian op Engelstalige media kwamen 73 trolls terug op 13 verschillende journalistieke sites.

Trumps ‘fake news’-uitspraak slaat aan bij andere autoritaire leiders

Donald Trump gebruikt de frase ‘fake news’ meestal om zijn politieke tegenstanders – veelal de media – te diskwalificeren. Het moment waarop hij een journalist van CNN op een persconferentie afwimpelde met de uitspraak ‘you’re fake news’ staat nog op menig netvlies gebrand. Trumps tactiek blijkt aan te slaan bij andere autoritaire leiders: zeker 15 leiders van andere landen gebruiken de beruchte woorden ook, blijkt uit onderzoek van Politico.

  • De Syrische president Bashar al-Assad gebruikte de zinsnede bijvoorbeeld om een rapport van Amnesty International over de militaire gevangenissen in zijn land te ontkennen;
  • De Filipijnse leider Rodrigo Duterte beticht de media ervan hem te ‘demoniseren’ met nepnieuws;
  • Nicolas Maduro, president van Venezuela, beschuldigt de internationale pers van ‘fake news’ over zijn land;
  • Een overheidsfunctionaris uit Myanmar paste de woorden toe toen hij het bestaan van de moslimminderheid Rohingya in zijn land naar het rijk der fabelen verwees;
  • En Chinese staatsmedia deden de marteling van een mensenrechtenactivist af als ‘fake news’.

Verder maken regeringen of media in Angola, Cambodja, Libië, Oeganda, Polen, Rusland, Singapore, Somaliland en Turkije gebruik van de term nepnieuws, aldus Politico.

Joel Simon, directeur van journalistenorganisatie Committee to Protect Journalists, maakt zich zorgen, zegt hij tegen de politieke nieuwssite: ‘[Trump] biedt context en een raamwerk voor allerlei autoritaire leiders – of democratische leiders en anderen die ontevreden of verontwaardigd zijn over verslaggeving van kritische media – om journalistiek te ondermijnen en te diskwalificeren.’

De ‘smoking gun’ die CNN dacht te hebben over Trump, bleek nep

Groot enthousiasme bij de Amerikaanse nieuwszender CNN, afgelopen vrijdag. Het medium dacht dé scoop te hebben om samenwerking tussen Donald Trump en WikiLeaks te bewijzen. CNN stelde een ‘exclusieve’ e-mail in handen te hebben gekregen van ene ‘Michael J. Erickson’, waarin die persoon Trumps zoon een decryptiecode aanbiedt om toegang te krijgen tot e-mails van de Democratische Partij, die WikiLeaks zou hebben geüpload.

https://www.youtube.com/watch?v=Cz3b7Ssx-AU

De e-mail was verstuurd op 4 september – tien dagen voordat WikiLeaks de mails van de Democratic National Committee (DNC), het bestuur van de Democraten, openbaar maakte. Met andere woorden: Donald Trump zou toegang hebben gekregen tot privé-informatie van zijn politieke tegenstanders, dankzij het ‘Russisch georiënteerde’ WikiLeaks. Een paar uur later kwam het gênante nieuws voor CNN: de e-mail was niet op 4, maar op 14 september verzonden aan Donald Trump junior, zo verifieerde The Washington Post. Op de dag dat alles dus al voor het publiek te bewonderen was.

Een paar uur na deze tegenslag tweette journalist Manu Raju, die de ‘scoop’ bracht, een correctie. De pr-afdeling van CNN bleef echter volhouden dat de verkeerde datum die de redactie had doorgekregen, door ‘meerdere bronnen’ was verstrekt. In een uitgebreid en kritisch commentaar op The Intercept houdt journalist Glenn Greenwald de kwestie tegen het licht.

De boodschap die erin doorklinkt: Amerikaanse journalisten die het presidentschap van Trump tegenstaat, zijn uitermate gretig om hem middels schokkende onthullingen van zijn machtspositie verwijderen. En dat gaat soms ten koste van de zorgvuldigheid van hun journalistiek.