Factcheck: ‘Nederland is het meest digitale land ter wereld’
Grote paniek op het internet afgelopen weekend. De zogeheten ransomware WannaCry gijzelde de computers van 10.000 organisaties en 200.000 individuen in 150 landen, schrijft techblog The Verge. Ook in Nederland werd een bedrijf getroffen: de parkeerdienstverlener Q-Park. Ons land is bovendien extra kwetsbaar voor cyberaanvallen, waarschuwde Ronald Prins van het Delftse cybersecuritybedrijf Fox-IT tegenover NU.nl. Want Nederland is ‘het meest digitale land ter wereld’ volgens hem.
Hoe meet je hoe ‘digitaal’ een land is? Eén mogelijkheid is te kijken naar de hoeveelheid internetaansluitingen per hoofd van de bevolking, ofwel de internetpenetratie. Volgens statistiekplatform Internet Live Stats staat Nederland in dat opzicht op een negende plaats, met 93,7 procent van de bevolking die is aangesloten op het internet. De website baseert zich op gegevens van de International Telecommunication Union (ITU), de Verenigde Naties en de Wereldbank.
Een goed beeld geeft dit echter niet. Als je alle landen met minder dan één miljoen inwoners – zoals nummer één IJsland, de Faeroëreilanden en Luxemburg – weglaat, staat Nederland derde, na Noorwegen en Denemarken. En ook qua internetsnelheid staat Nederland niet wereldwijd bovenaan. Het rapport State of the Internet van het Amerikaanse internetbedrijf Akamai plaatst Nederland wederom negende, met een gemiddelde snelheid van 17,3 Megabit per seconde.
Noorwegen, dat van de ‘grotere’ landen de hoogste internetpenetratie heeft, staat ook hier boven Nederland, met 20 Mbps. Zuid-Korea staat eenzaam bovenaan met een gemiddelde snelheid van maar liefst 26,3 Mbps. Om je een idee te geven: met zo’n snelheid haal je een doorsnee film in 4K-kwaliteit (vier keer zo goed als HD) in drie uur binnen, aldus een calculator van de Universiteit van Toronto.
Middenmoter
Maar staan Nederlanders niet bekend om hun overmatige downloadgedrag? Nederlandse huishoudens downloaden elke dag gemiddeld 2 gigabyte aan bestanden (dus maandelijks circa 60 gigabyte), schrijft het Financieele Dagblad. Dit lijkt misschien veel, maar valt wereldwijd wel mee. Als we kijken naar cijfers die netwerkgigant Cisco in hetzelfde jaar op een rij zette in het rapport The Zettabyte Era consumeerden huishoudens gemiddeld 51,5 gigabyte per maand. Mensen met een glasvezelaansluiting komen echter op 68 gigabyte uit.
Qua glasvezel, op dit moment de meest innovatie methode voor snel internet, is en blijft Nederland zelfs in Europees verband een middenmoter. Industrie-organisatie FFTH Council Europe verwacht dat nog geen kwart van Nederland in 2019 een glasvezelaansluiting heeft, tegenover bijna de helft in bijvoorbeeld Zweden en Litouwen.
‘Digitaalheid’ meten
Behalve de internetpenetratie- en snelheid zijn er meer criteria om de ‘digitaalheid’ van een land te weten te komen. In 2014 verrichten de Verenigde Naties bijvoorbeeld de E-Government Survey, om te meten in hoeverre overheden hun diensten digitaal leveren en uitvoeren. Daarin bereikt Nederland de vijfde plaats, achter (alweer) Zuid-Korea, Australië, Singapore en Frankrijk.
Die hoge positie schrijven de VN toe aan toenemende investeringen in digitale overheidstoepassingen. Nederland stelde zichzelf in 2004 al ten doel om zijn administratiekosten met een kwart te verlagen, om in 2018 1,8 miljard dollar (1,64 miljard euro) te besparen. De VN noemen het overheidsprogramma ‘Digital by Default’ om zo veel mogelijk diensten voor burgers en bedrijven online aan te bieden. Denk aan het aanvragen van een studiefinanciering via DUO, internetbankieren en de onlinemogelijkheden van verzekeraars.
Het World Economic Forum deed ook onderzoek, maar dan naar de mate waarin landen zijn voorbereid om de digitale economie. In 2016 kwam Nederland in deze Networked Readiness Index op de zesde plaats terecht. Maar ons land moet het zeker niet alleen van zijn overheid hebben. Un de ranglijst met de meest tech-savvy landen komt Nederland niet eens in de top-10 voor. De eerste zeven posities worden ingenomen door Aziatische landen. Daarna volgen pas de Europese landen Estland, Luxemburg en het Verenigd Koninkrijk.
Grote hoeveelheid internetverkeer
Ronald Prins van Fox-IT heeft wel een punt als het gaat om de hoeveelheid internetverkeer die door Nederland stroomt. De Amsterdam Internet Exchange (AMS-IX), sinds 1997 verspreid over datacentra in Amsterdam, Haarlem en Schiphol-Rijk, is het op één na grootste internetknooppunt ter wereld – en het grootste in één land.
De Deutscher Commercial Internet Exchange (DE-CIX) kan meer data verwerken (5.638 Gigabit per seconde tegenover 5.284 Gbps). Maar DE-CIX is naast Duitsland ook afhankelijk van technologie in de VS, de VAE, Italië, Frankrijk, Turkije en Spanje. En daarbij: uit data die de knooppunten zelf verstrekken blijkt dat het Nederlandse knooppunt gemiddeld iets meer digitale gegevens moet verwerken dan zijn ‘concurrent’ in Duitsland: 3.451 Gbps versus 3.428 Gbps.
Desondanks zegt dit internetknooppunt niet veel over de mate van digitalisering in Nederland als geheel. Net als de haven van Rotterdam is dit succes vooral te danken aan de ligging van het land: op een plek waar een hoop transatlantische zeekabels aan land komen.
Conclusie: onwaar
Dat we een van de modernste land ter wereld is wat betreft technologie, staat buiten kijf. Maar de uitspraak ‘Nederland is ‘het meest digitale land ter wereld’ klopt echter niet. Niet al onze inwoners zijn verbonden met het internet. We bereiken geen bijzonder hoge snelheden op het web. Ook downloaden we niet overdreven veel en is onze overheid niet de innovatiefste van het stel. Daarom beoordelen we de bewering van Ronald Prins als onwaar.