Het laatste nieuws uit factcheckland
Iedere week verzamelt Riffy het belangrijkste nieuws over factchecking en nepnieuws. Met deze week: bullshit bij Franse verkiezingen, fake news en Facebook.
1. Dubbelzinnigheid bij de Franse verkiezingen..
De School of Economics and Sciences Po in Parijs bracht vorige week een dubbelzinnig onderzoek naar buiten. Namelijk: Franse kiezers die feitelijke informatie over immigratie kregen voorgeschoteld, deden daarmee nieuwe en betere kennis op over die kwestie. Tegelijk verminderde dat niet hun intentie om op het Front National – de partij van Marine Le Pen die regelmatig falsifieerbare claims doet – te stemmen tijdens de Franse presidentsverkiezingen.
De Parijse economen onderzochten bijna 2.500 Fransen afkomstig uit vier regio’s waar het Front National goede resultaten boekte in de regioverkiezingen vorig jaar. Eén groep kreeg bijvoorbeeld de bewering van Le Pen te zien dat 99 procent van de immigranten die de oversteek naar Europa waagt man is. De Verenigde Naties komt echter rond de 58 procent uit – hetgeen zij daarna te horen kregen. Twee controlegroepen kregen slechts de claim van Le Pen of helemaal geen informatie te horen, en moesten daarna zelf het percentage inschatten. Je raadt het al: de laatste groep zaten het verst van de feiten af.
De onderzoeksresultaten stemmen de onderzoekers al met al gunstig, schrijft journalistiekcentrum Poynter. Franse kiezers ontkennen de feiten niet, maar blijven simpelweg in dezelfde politieke hoek hangen.
2. ..En e-mail-hacks
Hackers verspreidden vlak voor de verkiezingen op 7 mei een grote hoeveelheid interne e-mails van het campagneteam van (nu president) Macron. De crux zat hem erin dat zij daartussen ook neppe communicatie hadden gestopt. Terwijl het e-mailschandaal rondom Hillary Clintons privéserver haar mogelijk parten heeft gespeeld in de strijd tegen Donald Trump vorig jaar november, leek het de Franse kiezers weinig te deren.
Waar de Amerikaanse media meteen losgingen op Clintons handelen, besloot Frankrijks meest prestigieuze krant Le Monde er helemaal niet over te schrijven. Nog een bewonderenswaardig Frans verschijnsel: op verkiezingsdag worden er geen peilingen gepubliceerd.
3. CrossCheck boekt succes
Sowieso is het land van wijn en stokbrood erg goed bezig op factcheckgebied. Maar liefst 37 nieuwsredacties hebben de handen ineen geslagen om onder de noemer CrossCheck nepnieuws onderuit te halen. Het mooiste is dat lezers een hele hoop input hebben verzorgd: het team heeft 60 verhalen gecheckt van de maar liefst 500 inzendingen in aanloop naar de verkiezingen afgelopen zondag, meldt Nieman Lab.
Binnen tien weken heeft CrossCheck niet minder dan 180.000 likes gekregen op Facebook. Al die gebruikers weten nu bijvoorbeeld dat Macron helemaal niet zijn handen waste na een ontmoeting met mijnwerkers. Ook fijn om te weten: een van CrossChecks belangrijkste mediapartners, het Franse persbureau AFP, heeft een handige social card voor Twitter ontworpen. Zodat lezers meteen kunnen zien wat de uitkomst van een factcheck is.
4. Nepnieuws in België
Een land noordelijker, in België dus, werd afgelopen week over een zorgelijke ontwikkeling geschreven. Het onderzoeksjournalistieke platform Apache.be en zijn Franse collega’s van Médor berichtten over de neppe onderzoeksjournalistiekwebsite Open Source Investigations. Onder meer de Belgisch-Oezbeekse miljardair Patokh Chodiev zou daar klant zijn om de zogeheten ‘afkoopwet’ door te drukken. Daarmee zouden de rijken der aarde kort gezegd hun gevangenisstraf kunnen ontlopen door een flinke geldsom te betalen.
Schandalig, maar minstens zo ernstig is het feit dat Open Source Investigations maar liefst 113.000 likes heeft verzameld op Facebook. In een tijd waarin dat sociale netwerk het vertrouwen van zijn gebruikers wil terugwinnen door vol in te zetten op factcheckers, is het des te problematischer dat bovengenoemd de facto pr-bedrijf zich presenteert als een ‘internationaal project van onderzoeksjournalisten, factcheckers, activisten en data-experts die met hun gedeelde kennis de diepere waarheid blootleggen’, aldus Apache.
5. Facebook waarschuwt voor nepnieuws …. in de krant
Een week geen Facebook-nieuws is een week niet geleefd. Het sociale medium met bijna twee miljard gebruikers probeert nepnieuws al te bestrijden en factchecks te promoten op eigen terrein, maar deze week zette Mark Zuckerberg en de zijnen hun campagne voort in de papieren kranten van het Verenigd Koninkrijk. Middels grote advertenties in The Guardian, The Times en The Daily Telegraph ontvingen lezers tien tips om nepnieuws te herkennen en hoe zij daarmee om kunnen gaan.
Dan nog iets: na de ‘rekruteringen’ van de Engelstalige factcheckers Snopes, Factcheck.org, PolitiFact en ABC News, is sinds kort ook een Duitse redactie toegevoegd: Correctiv uit Berlijn. De Financial Times schreef er een fraaie reportage over.
6. Fun facts over mediagebruik
In eigen land besteedde maandblad HP/De Tijd aandacht aan filterbubbels en nepnieuws met een handig overzichtsstuk. Het baseert zich op een onderzoek van de Michigan State University onder 14.000 respondenten uit zeven landen. Enkele fun facts: Fransen zijn het meest sceptisch tegenover internet en nieuwsmedia, Duitsers vertrouwen politiek nieuws het meest als het via traditionele media (kranten, radio, televisie) komt, en Amerikanen staan bekend om hun veelvuldige gebruik van meerdere nieuwsbronnen.
7. Aanbevelingen van de ‘King of Fake News’
Een fascinerend artikel verscheen ook op de website van de Nieman Foundation, gelieerd aan de Harvard-universiteit. Jestin Coler, door de Amerikaanse publieke omroep NPR getypeerd als de ‘King of Fake News’, doet daar zijn opmars als nepnieuwsmaker uit de doeken. Hij was onder andere verantwoordelijk voor de Denver Guardian. Dat nepnieuwsplatform had al na vijf dagen 1,6 miljoen lezers, bij een verhaal over een fictieve FBI-agent die op mysterieuze wijze zou zijn overleden toen hij onderzoek deed naar de e-mails van Hillary Clinton.
Hij doet een paar belangrijke aanbevelingen aan journalisten als het aankomt op nepnieuws:
- Volgens Coler is geld verdienen de voornaamste reden voor veel nepnieuwsschrijvers. Advertentienetwerken zijn daarom onderdeel van het probleem.
- Het begrip ‘fake news’ is verworden tot een lege huls. Waar het vroeger met name gebruikt werd in de letterlijke zin van de woorden, roepen allerlei mensen het nu ook bij een nieuwsbericht dat hen niet bevalt.
- Fake news is geen probleem dat specifiek toebehoort aan extreemrechts. Mensen uit het hele politieke spectrum zijn er vatbaar voor. Coler denkt zelfs dat nu vooral liberals (grof gezegd centrumlinkse Amerikanen) kwetsbaarder zijn, omdat zij maar al te graag negatief nieuws over Trump zien.
- Censuur op nepnieuws werkt averechts. ‘Het idee om meningsuiting te beperken is veel gevaarlijker voor de democratie dan nepnieuws’, schrijft Coler. ‘Zolang er vraag is naar dit type content, blijven er aanbieders bestaan.’
De man die nu weer op het rechte journalistieke pad wandelt, heeft tot slot nog twee cruciale opmerkingen. De eerste: nepnieuws is een uiting van het verminderde vertrouwen in de media. En de tweede: Trumps kritiek op de media heeft journalisten én hun publiek stevig aan het denken gezet over de toekomst van de journalistiek.
8. Een flinke debunk door NYT-journalist
The New York Times, volgens menigeen de beste krant ter wereld, bewees voor de zoveelste keer zijn journalistieke kwaliteiten op de Dag van de Arbeid. Malachy Browne, de onderzoeksjournalist wiens technieken ik al eens beschreef voor De Nieuwe Reporter, verifieerde op indrukwekkende wijze de plaats van de recente gifgasaanval in Syrië.
Hij gebruikte onder andere videomateriaal van lokale verslaggevers, om aan de hand van herkenningspunten in de achtergrond de locatie van de cameraman tijdens de aanval te achterhalen. Hij ploos talloze satellietbeelden uit, vergeleek die met elkaar qua datums en met verklaringen van Rusland en Assad om het tijdstip te bepalen. En met behulp van een website die zogenoemde metadata uit fotobestanden plukt, kon hij nog meer details te weten komen.
Deze manier van journalistiek is arbeidsintensief en daarom des te indrukwekkender. Maar Brownes verhaal is vooral de moeite waard door zijn grote mate van openheid over de programma’s en materialen die hij heeft gebruikt.
9. Tot slot: Broodjeaapverhalen van Nederlandse bodem
Weinig mensen in Nederland weten meer af van nepnieuws dan onderzoeker Peter Burger, verbonden aan de Universiteit Leiden. Op zijn blog Gestolen Grootmoeder schrijft hij al jarenlang over broodjeaapverhalen. Deze week kwam er weer een boeiend verzinsel voorbij, ditmaal op de website van oudervereniging Ouders van Nu: de baby die geboren werd met een spiraaltje in zijn hand.
Op het eerste oog denk je waarschijnlijk meteen dat het onzin is, maar dit verhaal bevat een foto. Dus moet het wel waar zijn, toch? Toch niet: Burger haalt de Amerikaanse hoogleraar Jan Harold Brunvand aan, die het verhaal al in 1999 probeerde in de kiem te smoren. Een baby die bij de geboorte een spiraaltje vasthoudt is onmogelijk volgens gynaecologen, want het spiraaltje kan nooit in de zak met vruchtwater terechtkomen.