Factcheck: ‘Ruim 120 Tibetanen staken zichzelf sinds 2009 in brand’
Buitenlanders zijn tussen 18 en met 28 oktober niet welkom in Tibet. Dit in verband met een congres van de Communistische Partij van China, meldt het Algemeen Dagblad dinsdag. De overwegend boeddhistische regio in het Himalayagebergte is sinds 1951 in handen van China. Nog steeds protesteert een deel van Tibets inwoners tegen dat land: sinds 2009 staken meer dan 120 bewoners zichzelf in brand, schrijft het AD.
De reeks zelfverbrandingen begon aan een opmars in 2009. Op 27 februari van dat jaar stak de monnik Tapey van het Tibetaanse klooster Kirti Gompa, gelegen in de noordwestelijke Chinese provincie Sichuan, zichzelf in brand. Dit volgens een andere monnik, Lobsang Kelsang, uit protest tegen een Chinees bevel om een Tibetaanse gebedsceremonie af te gelasten. Hij overleefde zijn verwondingen, waarna de Chinese autoriteiten meer surveillance in het gebied doorvoerden, aldus The New York Times.
Repressie door Chinese regering
Dat laatste is een belangrijke verklaring voor de toename van zelfverbrandingen in Tibet, aldus de Congressional-Executive Commission on China, een Amerikaanse onderzoekscommissie die onder leiding staat van onder andere de Republikeinse senator Marco Rubio.
‘De golf van zelfverbrandingen staat in verhouding met het toegenomen gebruik van wettelijke maatregelen door de Chinese Communistische Partij en de regering om de kernelementen van de Tibetaanse cultuur te onderdrukken en te controleren’, schrijft de commissie in een rapport uit 2012. Ook zou de verbrandingsgolf te wijten zijn aan ‘het falen van de dialoog tussen China en de dalai lama om enige vorm van vooruitgang te boeken’.
Sinds 2011 volgden zeker 149 zelfverbrandingen, nadat de boeddhist Rigzin Phuntsog zichzelf in brand zette. Zes jaar later komt het totale aantal zelfverbrandingen in Tibet sinds 2009 op 150. De precieze statistieken zijn echter vaag, getuige twee nieuwsberichten van enkele maanden geleden over wie de 150ste Tibetaanse ‘zelfverbrander’ was.
Wie was de 150ste Tibetaan die zichzelf in brand zette?
Volgens Radio Free Asia was het een 48-jarige schilder en medewerker van een Tibetaans cultureel centrum – geen monnik dus. Op 29 juli dit jaar verbrandde de man met de naam Dhondup zichzelf in de Indiase bergstad Dharamsala. Hij zou hebben geprotesteerd tegen de levenslange verbanning van de dalai lama, de spirituele leider van Tibet.
Het Amerikaanse tijdschrift voor internationale politiek Foreign Policy maakt juist melding van de 22-jarige monnik Jamyang Losal als de 150ste persoon die zichzelf op 19 mei in brand stak. De man had net tien dagen vastgezeten voor het plaatsen van een foto van de dalai lama op de berichtendienst WeChat.
De veertiende dalai lama, de spirituele leider van Tibet, die sinds 1959 in ballingschap in India verblijft. Foto: Wikimedia Commons
Dit bericht strookt met de lijst van verbrande Tibetanen die de ngo Tibetan Youth Congress bijhoudt. Deze groep werd in 1970 opgericht in India en heeft naar eigen zeggen 30.000 leden. Ook de mensenrechtenorganisatie International Campaign for Tibet (ICT, gesticht in 1988) houdt 150 aan als cijfer.
Conclusie
Meer dan 120 Tibetanen hebben zich sinds 2009 in brand gestoken, schreef het Algemeen Dagblad. Een hoog aangeschreven politiek tijdschrift en twee goed ingevoerde ngo’s telden minstens 150 gevallen van zelfverbranding tussen het voorjaar van 2009 en de zomer van 2017. We beoordelen de stelling dus als waar.